Ex-president Peru Vizcarra krijgt 14 jaar cel voor corruptie

Voormalig president veroordeeld in historische corruptiezaak

Voormalig Peruaans president Martín Vizcarra is veroordeeld tot 14 jaar gevangenisstraf voor corruptie in een baanbrekende uitspraak die opnieuw een dramatische val uit de gratie markeert voor een Peruaanse leider. De 62-jarige ex-president werd schuldig bevonden aan het aannemen van ongeveer $640.000 aan steekpenningen van bouwbedrijven tijdens zijn gouverneurschap van de regio Moquegua tussen 2011 en 2014, jaren voordat hij president werd.

Het vonnis, uitgesproken op 26 november 2025, omvat ook een negenjarig verbod op het bekleden van openbare functies en een aanzienlijke boete. Vizcarra vertoonde geen emotie toen het vonnis werd voorgelezen in een rechtbank in Lima, waarbij hij zijn onschuld bleef volhouden tijdens de hele procedure. 'Dit is wraak, geen gerechtigheid,' verklaarde Vizcarra na de veroordeling, volgens Al Jazeera.

Politieke carrière en ondergang

Vizcarra diende als president van Peru van 2018 tot 2020 en trad aan na het aftreden van president Pedro Pablo Kuczynski. Tijdens zijn presidentschap voerde hij ironisch genoeg anti-corruptiehervormingen door en ontbond hij het Congres in 2019, wat een constitutionele crisis veroorzaakte. Zijn presidentschap eindigde abrupt in november 2020 toen het Congres hem afzette wegens "morele onbekwaamheid" te midden van corruptiebeschuldigingen.

Volgens Reuters had het Openbaar Ministerie om een straf van 15 jaar gevangenisstraf gevraagd, met het argument dat Vizcarra steekpenningen aannam in ruil voor het toekennen van lucratieve overheidscontracten aan bouwbedrijven tijdens zijn gouverneurschap. De rechtbank oordeelde dat hij het equivalent van 583.000 euro aan illegale betalingen ontving.

Politieke crisis Peru verdiept zich

Vizcarra voegt zich nu bij drie andere voormalige Peruaanse presidenten die momenteel gevangen zitten in een speciaal detentiecentrum voor voormalige leiders in Lima. Alejandro Toledo (president van 2001-2006), Ollanta Humala (2011-2016) en Pedro Castillo (2021-2022) zitten allemaal straffen uit voor verschillende misdrijven, waaronder corruptie en poging tot staatsgreep.

De veroordeling komt te midden van aanhoudende politieke onrust in Peru, waar de huidige president José Jeri aanzienlijke uitdagingen ondervindt bij het vormen van een stabiele regering. Zoals gerapporteerd door UPI, heeft Jeri moeite gehad een kabinet te vormen sinds hij aantrad, waarbij meerdere politieke partijen weigerden deel te nemen aan zijn overgangsregering.

'De democratie van Peru stort in onder wat neerkomt op een parlementaire dictatuur,' merkte een politiek analist op in World Politics Review, waarmee hij de diepe politieke verdeeldheid in het land benadrukte.

Familiepolitieke ambities blijven bestaan

Ondanks de veroordeling van Vizcarra blijven de politieke ambities van zijn familie actief. Zijn oudere broer Mario Vizcarra is van plan volgend jaar mee te doen aan de presidentsverkiezingen voor Perú Primero, de partij die Martin Vizcarra in 2021 oprichtte. Martin Vizcarra wordt verwacht als belangrijke adviseur te dienen voor de campagne van zijn broer vanuit de gevangenis.

De partij heeft protesten gesteund tegen de huidige president Jeri, die Dina Boluarte verving nadat ze vorige maand werd afgezet. De regering van Boluarte werd breed bekritiseerd vanwege toegenomen criminaliteit en mensenrechtenschendingen tijdens anti-regeringsprotesten.

Peru heeft de afgelopen jaren een ongekende politieke instabiliteit doorgemaakt, met vijf verschillende presidenten sinds het vertrek van Vizcarra in 2020. Het land blijft worstelen met diepgewortelde corruptie, economische uitdagingen en sociale onrust die het politieke systeem al decennia lang teisteren.