Duitse rechtbank beveelt compensatie voor Meta's GDPR-overtredingen
Het regionaal gerecht van Leipzig heeft bepaald dat Meta Platforms Ireland een Facebook-gebruiker €5000 schadevergoeding moet betalen voor schendingen van gegevensbescherming via zijn Business Tools. Deze baanbrekende uitspraak van 4 juli 2025 vormt een belangrijke handhaving van de EU's Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) tegen de trackingpraktijken van het techbedrijf.
Onwettige gegevensverwerking via Business Tools
Meta's Business Tools, inclusief trackingpixels en conversie-API's, zijn ingebed in websites en apps van derden. De rechtbank oordeelde dat deze tools gebruikersgegevens verzamelen ongeacht of personen zijn ingelogd op Facebook- of Instagram-accounts. Deze gegevens worden systematisch overgedragen naar derde landen, met name de Verenigde Staten, waar Meta uitgebreide profilering en analyse uitvoert voor gepersonaliseerde advertenties.
Juridische basis en AVG-schendingen
Het vonnis berust specifiek op artikel 82 van de AVG, dat een vergoeding biedt voor immateriële schade door gegevensbeschermingsschendingen. De rechtbank benadrukte dat Meta's gegevensverwerking buitengewoon uitgebreid is, wat bijna volledige surveillance van online gedrag mogelijk maakt. Dit creëert wat het Europees Hof van Justitie eerder omschreef als "het gevoel dat hun hele privéleven continu wordt gevolgd".
Waardering van persoonsgegevens
Bij de motivering van het €5000-bedrag verwees de rechtbank naar Meta's bedrijfsmodel waarbij advertenties in 2021 $115 miljard van de $118 miljard totale omzet genereerden. De uitspraak merkte op dat een enkel gebruikersprofiel met uitgebreide persoonsgegevens enorme waarde heeft op datamarkten. Deze beoordeling sluit aan bij onderzoeken die de groeiende maatschappelijke erkenning van de economische betekenis van persoonsgegevens bevestigen.
Gevolgen voor toekomstige rechtszaken
Het Leipziger gerecht erkende dat deze uitspraak mogelijk talrijke soortgelijke claims van Facebook-gebruikers kan uitlokken. Het benadrukte echter dat privaatrechtelijke handhaving via burgerlijke rechtbanken essentieel is voor de effectiviteit van de AVG, als aanvulling op toezichtmaatregelen door gegevensbeschermingsautoriteiten. Dit arrest schept een precedent voor hogere vergoedingen bij gegevensbeschermingszaken, voorbij traditionele nationale schadevergoedingen voor schendingen van persoonlijkheidsrechten.