
Een Amerikaanse federale rechter heeft de importheffingen van president Trump geblokkeerd. De rechtbank voor internationale handel in New York oordeelde dat de president zijn bevoegdheden overschreed door hoge heffingen op te leggen aan diverse landen wereldwijd. Dit besluit, begin april aangekondigd, ontketende een grote handelsoorlog en zorgde voor een daling van de beurskoersen.
Trump wilde de heffingen rechtvaardigen onder een economische noodwet uit 1977, waarbij hij beweerde dat het handelstekort van de VS een noodsituatie vormde. De rechtbank was het hier niet mee eens en stelde dat de wet alleen van toepassing is bij een "buitengewone dreiging". Omdat de VS al 49 jaar een handelstekort heeft, is er geen acute noodsituatie, oordeelde de rechter.
Het Witte Huis gaat in beroep en stelt dat "niet-gekozen rechters" niet mogen beslissen over nationale noodsituaties. Juridische experts hadden al eerder vraagtekens gezet bij de legaliteit van Trumps aanpak, waarbij ze benadrukten dat het Congres, niet de president, over dergelijke verstrekkende heffingen moet beslissen.
Veel van de aangekondigde heffingen waren al uitgesteld of verlaagd vanwege marktonrust. Vorige week dreigde Trump nog met een heffing van 50% op EU-producten, die aanstaande zondag inging. De uitspraak heeft geen invloed op bestaande heffingen op staal, aluminium of Chinese goederen.