Denemarken trekt omstreden Chat Control voorstel in
In een belangrijke overwinning voor digitale privacyvoorstanders heeft de Europese Unie haar omstreden 'Chat Control'-wetgeving geschrapt die verplichte scanning van alle privé digitale berichten voor kindermisbruikmateriaal zou vereisen. De beslissing viel tijdens het Deense EU-voorzitterschap nadat Duitsland en andere lidstaten weigerden het voorstel te steunen, waarmee de wetgeving die drie jaar werd bediscussieerd effectief van tafel ging.
Privacy versus bescherming: Het digitale dilemma van de EU
De voorgestelde CSA-verordening (Child Sexual Abuse), die in 2022 voor het eerst door de Europese Commissie werd ingediend, zou technologiebedrijven hebben verplicht alle gebruikerscommunicatie - inclusief versleutelde diensten zoals WhatsApp en Signal - te scannen op illegale inhoud. Justitieminister Peter Hummelgaard, die Denemarkens inspanningen tijdens zijn voorzitterschap leidde, erkende de intrekking in een schriftelijke verklaring: 'De detectieopdracht maakt geen deel uit van het nieuwe compromisvoorstel van het EU-voorzitterschap, en het blijft vrijwillig voor techgiganten om materiaal met seksueel misbruik van kinderen op te sporen.'
De wetgeving kreeg hevig verzet van privacyvoorstanders, cybersecurity-experts en digitale rechtenorganisaties die beweerden dat dit ongekende massa-surveillance zou creëren en end-to-end-versleuteling fundamenteel zou breken. De Duitse justitieminister Stefanie Hubig was bijzonder uitgesproken en verklaarde: 'Massa-surveillance van privéberichten moet taboe zijn in een rechtsstaat.'
Kinderbeschermingsorganisaties uiten frustratie
Terwijl privacyvoorstanders de beslissing vierden, uitten kinderbeschermingsorganisaties diepe bezorgdheid over de implicaties voor online veiligheid. Red Barnet (Save the Children Denemarken) had het bestaande vrijwillige scanningssysteem een 'enorm succes' genoemd en uitte frustratie over het gebrek aan Europese steun voor een compromis. Tashi Andersen, senior adviseur digitale kinderbescherming bij Red Barnet, merkte op: 'We zijn diep bezorgd en gefrustreerd dat er geen Europese steun is geweest voor een compromis waarbij techbedrijven kunnen worden verplicht foto's en video's van seksueel misbruik van kinderen op te sporen en te verwijderen.'
Het huidige kader voor vrijwillige scanning loopt af in april 2026, wat urgentie creëert voor alternatieve oplossingen. Hummelgaard waarschuwde: 'Op dit moment staan we in een situatie waarin we risico lopen een centraal instrument in de strijd tegen seksueel misbruik van kinderen volledig te verliezen, omdat de huidige regeling die vrijwillige scanning mogelijk maakt, in april 2026 afloopt. Daarom moeten we hoe dan ook handelen. Dat zijn we verplicht aan alle kinderen die aan afschuwelijk misbruik worden blootgesteld.'
Technische en juridische uitdagingen
De voorgestelde wetgeving kreeg te maken met aanzienlijke technische uitdagingen, met name met betrekking tot versleutelde communicatie. Beveiligingsexperts waarschuwden dat het vereisen van scanning van end-to-end versleutelde berichten het beveiligingsmodel dat miljarden gebruikers wereldwijd beschermt fundamenteel zou ondermijnen. Meer dan 470 onderzoekers hadden zorgen geuit over vals-positieven en potentiële functieverschuiving die kinderbeschermingsinstrumenten in autoritaire surveillancesystemen zou kunnen veranderen.
Het debat benadrukte de fundamentele spanning tussen het beschermen van kinderen online en het behouden van digitale privacyrechten. Zoals Hummelgaard opmerkte, was Denemarkens voorstel eigenlijk minder ingrijpend dan het oorspronkelijke plan van de Europese Commissie, maar zelfs dit compromis kreeg onvoldoende steun onder de lidstaten.
De intrekking vertegenwoordigt een grote tegenslag voor de digitale agenda van de Europese Commissie maar een belangrijke overwinning voor privacyvoorstanders die zich over het hele continent hadden gemobiliseerd. De beslissing zorgt ervoor dat end-to-end-versleuteling voorlopig intact blijft, hoewel het bredere debat over het balanceren van kinderbescherming met digitale rechten nog lang niet voorbij is.